info-steel-15

26 zaal. De kabinetten van de rechters bevinden zich in de periferie en kijken uit op de open natuur. Het gebouw van 10 m hoog en 18 m breed rust op een galerij van stalen portieken, gespreid over een algemeen raster van 8,40 meter. Eenvoud en strakheid onderscheiden deze structuur waarvan de balken en stijlen zijn uitgevoerd met behulp van eenzelfde profiel dat afwisselend horizontaal en verticaal wordt geplaatst. De gevelbekleding in gemoduleerde panelen bestaande uit een fijn goudbruin maaswerk, roept herinneringen op aan het weervast staal van het Paleis. Ze wordt door stalen afstandhouders op enige afstand van de gevel gehouden en speelt de rol van zonwering. Daarnaast verzekert ze de visuele intimiteit van de lokalen. De galerij Deze binnenstraat van 10 m breed, 12 m hoog en on- geveer 300 m lang, verbindt de opeenvolgende bouw- fasen van het Hof van Justitie. Ze vormt een systeem van kruisen tussen de weg van de oost- of westgalerij en de weg van het zuid- naar het noord- paleis. Ze is ontworpen als de ruggengraat van het gebouw. Ze wordt verlicht door een grote lichtstraat en biedt onderdak aan de cafetaria, het restaurant en de bibliotheek waarop de rechtszalen uitgeven. De torens en het plein De twee torens met 26 verdiepingen bieden plaats aan de administratieve diensten. Binnen omgeven grote panelen van geweven metaal alle verticale circulaties die het gedeelte van de ring met de rest van het gebouw verbinden. Aan de oostzijde laat de inplanting van de twee gebouwen toe het ereplein of ‘Parvis d’honneur’ te creëren. Het gaat hier om een grote esplanade langswaar men het hart van het systeem bereikt. Deze nieuwe voetgangerszone, die gedomineerd wordt door het Paleis en zijn ring, is een belangrijk onderdeel van de stedelijke heraanleg van de wijk. Ze heroriënteert de toegangen en valoriseert ze. Tegelijk accentueert ze de symbolische dimensie van het groot gebouw dat het Paleis is. Besluit Het Hof van Justitie is een project dat in hoge mate gekenmerkt wordt door de stratificatie van de tijd en daardoor quasi experimenteel kan genoemd worden. De vier opeenvolgende verbouwingen, weerspiegelen het belang dat deze instelling in de loop van de evolutie van Europa heeft verworven. De vierde laag laat vandaag een complex bewonderen dat de volledige site beslaat en waarvan de voortreffelijke morfologie naadloos in haar eigen historische voetspoor – het oude Paleis, treedt. binets des juges se trouvent à la périphérie et jouissent de vues dégagées sur les alentours. L’édifice de 10 m de haut et 18 m de largeur est posé sur une colonnade de portiques en acier répartie sur une trame générale de 8,40 m. Simplicité et rigueur singularisent la structure dont les traverses et les mon- tants sont exécutés à l’aide d’un même profil qui se retourne de l’horizontal à la verticale. Le revêtement de façade en panneaux modulés consti- tués d’un fin maillage de teinte mordorée rappelle l’habillage en acier auto-patinable du Palais. Maintenu à une certaine distance de la façade par des écarteurs en acier, il remplit le rôle de brise-soleil et assure une intimité visuelle aux locaux. La galerie Cette rue intérieure de 10 m de large, 12 m de hauteur et environ 300 m de longueur relie les phases succes- sives de l’édification de la Cour de Justice. Elle met en place un système en croix entre le chemin de galerie est ou ouest et le chemin vers le Palais du sud vers le nord. Conçue comme la colonne vertébrale de l’éta- blissement, elle est éclairée par une grande verrière zénithale et accueille la cafétéria, le restaurant et la bi- bliothèque sur lesquels s’ouvrent les salles d’audience. Les tours et le parvis Les deux tours de 26 étages abritent les services administratifs. A l’intérieur, de grandes robes en métal tissé entourent toutes les circulations vertica- les qui relient la partie de l’anneau avec le reste de l’établissement. A l’est, l’implantation des deux édi- fices permet de créer le parvis d’honneur. Il s’agit d’une grande esplanade par laquelle on pénètre au coeur du système. Ce nouvel espace piétonnier, dominé par le Palais et son anneau, est une pièce majeure de la recomposition urbaine du quartier. Il réoriente et met en valeur les accès tout en accen- tuant la dimension symbolique du bâtiment majeur qu’est le Palais. Pour conclure La Cour de Justice européenne est un projet profon- dément marqué par la stratification du temps et de ce fait quasi expérimental. En se reconstruisant quatre fois sur lui-même, il reflète l’importance que cette institution a acquise au fil de l’évolution de l’Europe. Aujourd’hui, la quatrième couche fait apparaître un complexe qui occupe l’entièreté du site et dont la mor- phologie accomplie intègre sa propre trace historique - l’ancien Palais. © DPA Dominique Perrault Architecture