info-steel-26

met een automatische blusinstallatie en tot 34.200 GJ, d.i. zes keer meer, voor een gebouw dat wel is uitgerust met een automatische blusinstallatie. Zowel de horizontale als de verticale comparti- mentwanden bezitten een brandwerendheid die ten minste gelijk is aan EI 60 (klasse A) EI 120 (klasse B en C). Een compartimentwand wordt gedefinieerd als een binnenwand die zich tussen twee compartimenten bevindt. In het geval van een scheidingswand tussen compartimenten met verschillende bestem- ming (industrieel / niet industrieel) of verschillende klassen (A, B of C) dient deze te voldoen aan de strengste eisen die van toepassing zijn. Bij de brandwerendheid van de compartiment- wanden moet rekening worden gehouden met de algemene stabiliteit en met de gevolgen van uitzetting en vervorming. De aansluiting van de compartimentwand met het dak en de gevel is zo ontworpen en uitgevoerd dat bij brand het risico wordt beperkt dat zowel de brand en als de rook naar het aangrenzende compartiment overslaan. Een van de oplossingen die in bijlage 6 naar voren worden geschoven, bestaat erin om de compartimentwand 1 m boven het dakoppervlak resp. 50 cm uit het gevelvlak te laten uitsteken. 6. Typeoplossingen voor de grootte van een compartiment en stabiliteit bij brand van elementen van type II De werkgroep belast met de redactie van bijlage 6 heeft een tabel met ‘typeoplossingen’ opgesteld (tabel 2 van bijlage 6). Door deze tabel te gebrui- ken, hoeven de equivalente tijdsduur (zie punt 4 hiervoor) en de maximaal toegelaten grootte van een compartiment (zie punt 5 hiervoor) niet bere- kend te worden. Voorbeeld: de oppervlakte van een compartiment van een productiegebouw van klasse B (of van een opslaggebouw van klasse B) zal worden beperkt tot 5.000 m² als de structurele elementen van type II geen stabiliteit bij brand vertonen. De opper- vlakte zal worden beperkt tot 10.000 m² als voor- melde elementen een minimale stabiliteit bij brand • • Compartimentwand steekt uit t.o.v. het dak en de gevel _Dépassement de la paroi de compartiment au niveau de la toiture et de la façade. 52 tique et à 34.200 GJ, soit 6 fois plus, pour un bâtiment équipé d’une installation d’extinction automatique. Les parois de compartiment, tant horizontales que verticales, présentent une résistance au feu au moins égale à EI 60 (classe A) et EI 120 (classes B et C). Une paroi de compartiment se définit comme la paroi intérieure entre deux compartiments. Dans le cas d’une paroi séparant des compartiments d’usage (industriel / non industriel) différents ou de classe (A, B ou C) différentes, les prescrip- tions les plus sévères s’appliquent à cette paroi séparative. La résistance au feu des parois de compartiment doit tenir compte de la stabilité générale et des effets de second ordre dus aux déformations et dilatations. Le raccordement de la paroi de comparti- ment à la toiture et à la façade est conçu et mis en œuvre de manière à limiter, en cas d’incendie, le risque d’extension de l’incen- die et de la fumée au compartiment voisin. Une des solutions préconisées par l’annexe 6 est de faire dépasser de respectivement 1 m et 50 cm la paroi de compartiment de la toi- ture et de la façade. 6. Solutions types pour la taille des compartiments et la stabilité au feu des éléments de type II Le groupe de travail chargé de la rédaction de l’annexe 6 a établi un tableau présentant des solu- tions « types » (le tableau 2 de l’annexe 6). L’utili- sation de ce tableau permet d’éviter de calculer la durée de temps équivalent (voir point 4 ci-dessus) et la taille maximale autorisée d’un compartiment (voir point 5 ci-dessus). Par exemple, la superficie d’un compartiment d’un bâtiment de production de classe B (ou d’un bâtiment de stockage de classe B) sera limitée à 5000 m² si les éléments structurels de type II n’ont pas de performance de stabilité au feu. Elle sera limitée à 10.000 m² si ces derniers présen- tent une stabilité au feu de R 30 au minimum. Le • • 1 m 0.5 m

RkJQdWJsaXNoZXIy MzE2MDY=