info-steel-46

Ontwerpproces Het dak met een buitenmaat van 80 x 60 m zonder enige uitzettingsvoeg vormt de blik- vanger van dit project. Naast het realiseren van het overkappen van de twee sportvelden en de centrale lobby was het de bedoeling een architecturaal interessant element te ontwerpen voor een bijzondere sportbeleving. Geïnspireerd door het dak van het bestaande zwembad werd in eerste instantie aan een schaaldak gedacht. Beton is hiervoor een ideaal materiaal. De hoeveelheid dakkoepels in functie van de natuur- lijke lichttoetreding (om het energieverbruik door kunstlicht te beperken), de hoeveelheid in de schaal te integreren technieken (verlichting, ventilatie, detectie…) en vooral de hoeveelheid akoestische absorptie-elementen bleek hiermee echter moeilijk combineerbaar. Bovendien was dit financieel een bijzonder moeilijke oefening. Een oplossing in staal bood het voordeel dat de elementen van alle disciplines eenvoudiger geïntegreerd konden worden terwijl een uniform uitzicht gegarandeerd kan worden door het toepassen van een balbestendig geperforeerd akoestisch plafond over de volledige onderzijde van het dak. Drie scharnierbogen in staal De structuur gedraagt zich niet langer als een schaalstructuur, maar de vormgeving is nog steeds structureel interessant. De dwarsdoorsne- de van de dakstructuur met een breedte van 60 m bestaat een reeks van drie driescharnierbogen opgebouwd uit op maat gebogen HEB300- profielen. De bogen volgen de kettinglijnen waardoor deze onder vaste belasting ideaal belast worden. De vorm van het dak is dan ook niet vrij gekozen maar wordt enerzijds bepaald door de randvoorwaarden (de gewenste over- spanning, de minimale vrij hoogte, de maximale hoogte en de positie en hoogte van de tussen- steunpunten) en anderzijds weerspiegelt deze rechtstreeks het krachtenverloop in de bogen. Aan de eindsteunpunten dragen de bogen af op de in helling staande betonnen keerwanden die onmiddellijk ook de spatkrachten opnemen. Tussen de spanten in worden in de oksels tussen twee bogen een vakwerk met een overspanning van 30 m dwars over sportvelden geplaatst. Processus de conception La toiture d’une dimension de 80 x 60 m sans aucun joint de dilatation constitue l’élément remarquable de ce projet. En plus d’assurer la couverture des deux salles de sport et du lobby central, l’objectif était de concevoir un élément architectural intéressant apportant un aspect particulier à la pratique sportive. En s’inspirant de la toiture de la piscine existante, les concep- teurs ont d’abord pensé à une coque mince pour laquelle le béton représente le matériau idéal. Cependant, il s’est avéré difficile de combiner l’aspect du béton avec les multiples coupoles de toit assurant un éclairage naturel (afin de réduire la consommation électrique due à l’éclairage artificiel), les différentes techniques à intégrer dans la toiture (éclairage, ventilation, détection…) mais surtout avec les exigences d’absorption acoustique. Par ailleurs, il s’agissait également d’un exercice financier particu- lièrement difficile. Le recours à l’acier offrait l’avantage de pouvoir intégrer plus facilement les éléments de toutes les disciplines et permet- tait de garantir un aspect uniforme en utilisant un plafond acoustique perforé et résistant aux ballons comme finition intérieure. Trois arcs articulés en acier La charpente ne se comporte plus comme une coque mince, mais sa forme reste néanmoins struc- turellement intéressante. La coupe transversale de la charpente d’une largeur de 60 m est constituée d’une série de trois arcs articulés composés de profilés HEB300 cintrés sur mesure. Les arcs ont une forme de chainette inversée leur assurant une résistance idéale à une charge fixe. La forme de la toiture n’a pas été choisie au hasard, elle est déterminée d’une part par les conditions annexes (la portée souhaitée, la hauteur libre minimale, lahauteur maximale, l’emplacement et la hauteur des points d’appuis intermédiaires) et d’autre part elle reflète la transmission des forces dans les arcs. Les pieds des arcs extérieurs reposent sur les murs de soutènement inclinés en béton. Ceux-ci reprennent également les poussées latérales des arcs. La portée de 30 m dans l’autre direction est franchie par l’ajoût d’une structure triangulée entre les différents arcs. La hauteur de cette poutre en double treillis a été déterminée de manière à ce 64