info-steel-61

Grote slankheid Voor de buitenkamer wilden de architecten een grote mate van slankheid creëren. Dat leverde voor de stabiliteitsstudie van de buitenkamer een paar flinke uitdagingen op. De kolommen staan op een raster van 4 x 5 m, dit om de overspanning en zo de dikte van de betonnen vloerplaten te kunnen beperken tot 15 cm. - verduidelijkte Ir. Joran Cormond van het studie- bureau Ney & Partners 2 . De vloerplaten werden via deuvels aan de staalconstructie verbonden. De portieken bestaan uit IPE 500 kolommen en IPE 550 balken en worden opgevat met volledig stijve knopen, wat resulteerde in een bijzonder kleine boutafstand kort bij het kolom- lijf. Op de binnenperimeter werd een deel van de balken aan het dak opgehangen om zware verdeelliggers te vermijden. De windkrachten werden opgevangen door windverbanden maar eveneens door aan te sluiten op het compacte gebouw, wat aanleiding gaf tot een complexe thermische ontkoppeling. Sveltesse élégante Pour l’espace extérieur, les architectes voulaient créer une élégante sveltesse. Cela a posé quelques défis majeurs pour l’étude de stabilité de la salle extérieure. Les colonnes sont disposées sur une grille de 4 x 5 m, afin de limiter l’enver- gure et donc l’épaisseur des dalles de plancher en béton à 15 cm – nous a clarifié l’ingénieur Joran Cormond du bureau d’études Ney & Partners 2 . Les plaques de plancher ont été reliées à la structure en acier par l’intermédiaire de goujons. Les portiques se composent de colonnes IPE 500 et de poutres IPE 550, et sont conçus avec des nœuds entièrement rigides, ce qui se traduit par un espacement de boulon particulièrement réduit à proximité du corps de la colonne. Sur le périmètre intérieur, une partie des poutres ont été suspendues au toit afin d’éviter des distributeurs lourds. Les forces du vent ont été absorbées par des connexions éoliennes, mais aussi par la connexion sur le bâtiment compact, ce qui a donné lieu à un découplage thermique complexe. 50