info-steel-62

60 jaar geleden_il y a 60 ans L’Ossature Métallique - 1960 Veroudering van staal Er lopen tal van onderzoeken om na te gaan hoe de mechanische eigenschappen van natuurlijk of kunstmatig gehard dan wel verstevigd staal veranderen naarmate het veroudert. Zuiver ijzer veroudert niet. Het verschijnsel kan dan ook alleen te wijten zijn aan de onzuiverheden in technisch ijzer, waarvan koolstof na harding en stikstof na versteviging de meest representatie- ve zijn. De resultaten tonen een toename in de treksterkte aan, die overeenkomt met een gelijk- tijdige toename van de hardheid en een afname van de ductiliteit en rek bij breuk. Het verschijn- sel treedt sneller op bij versteviging en wanneer het stikstofgehalte afneemt, krijgt het fosfor de overhand, bijgestaan door het koolstof. Constructies met koudgevormde profielen Vaak werden koudgevormde profielen gekozen als dragende elementen omdat ze aanzienlijk minder wogen, voor een geringe spanwijdte of omdat klassieke profielen te ongunstig waren wat betreft de berekening. Omwille van de plaatselijke stabiliteit was de combinatie van buiging-torsie en knik-torsie vereist in de bere- kening. Volgens de theorie van Winter, die toen werd toegepast, moest de verhouding breedte/ dikte van elk element van de sectie beperkt blijven tot 40, en werd in de berekening van de inertie geen rekening gehouden met de afge- ronde delen. Dit soort profielen hebben hun nut bewezen in bepaalde rasterwerken en in ortho­ trope platen. Raatliggers Het principe bestaat erin de kern van gewalste H- of I-profielen in zigzag door te snijden, beide elementen te verschuiven en weer aan elkaar te lassen. Zo verkrijgt men een ligger met veel meer inertie voor eenzelfde gewicht. De techniek werd ontdekt in de jaren 1930, maar was niet rendabel omdat alles met de hand moest worden uitgevoerd. Pas met de komst van het automatische versnijden, begon de techniek succes te kennen. De snijmachi- ne verplaatst zich op een bank met 3 of 5 liggers L’Ossature Métallique - 1960 Le vieillissement de l’acier De nombreuses recherches sont en cours afin de déterminer les modifications des caractéristiques mécaniques résultant du vieillissement de l’acier, soumis à la trempe, naturelle ou artificielle, ainsi qu’à l’écrouissage. Le fer pur ne vieillissant pas, cela ne peut résulter que de la teneur en impu- retés du fer technique dont le carbone (pour la trempe) et l’azote (pour l’écrouissage) sont les plus représentatifs. Sur base des résultats, on constate une augmentation de la résistance à la traction, correspondant à un accroissement simultané de la dureté et à une diminution de la ductilité et de l’allongement à la rupture. Le phénomène est plus rapide, dans le cas de l’écrouissage et, lorsque la teneur en azote diminue, le phosphore prend une importance prépondérante, aidé par le carbone. Réalisations en profils à froid Le choix de profilés, formés par pliage à froid, comme éléments porteurs pouvait s’expliquer par un gain de poids important, pour des portées limitées ou lorsque le choix d’un profilé classique s’avère trop défavorable par rapport au calcul. Pour des raisons de stabilité locale, la combi- naison flexion-torsion et flambement-torsion était requise, dans le calcul. La théorie de Winter, applicable à l’époque, demandait de limiter à 40 le rapport largeur/épaisseur de chaque élément de la section et de ne pas prendre en compte les parties arrondies, dans le calcul de l’inertie. Ces profilés ont démontré leurs qualités dans certains treillis et dans des dalles orthotropes. Les poutres à âme évidée Le principe consiste, par un découpage en zig-zag de l’âme des profilés laminés (H ou I) et le soudage des 2 éléments, décalés, pour constituer une poutre d’inertie bien plus importante, pour un même poids. Cette technique, découverte durant les années 1930, n’était pas rentable du fait d’opérations exclusivement manuelles. La mise au point d’appareils automatiques pour l’oxy- coupage de l’âme, selon les critères recherchés, a permis leur succès. Le dispositif de découpage se 6 Tekst_Texte : José Jongen (Infosteel) L’Ossature Métallique was vanaf 1932 het maandblad van het Centre belgo-luxembourgeois d’information de l’acier (CBLIA). In 1955 wijzigde de titel van het tijdschrift in ‘ACIER |STAHL |STEEL’. Dit tijdschrift is de facto de voorganger van het huidige ‘info-steel’. _L’Ossature Métallique était depuis 1932, la publication du Centre belgo-luxembourgeois d’information de l’acier (CBLIA). En 1955, le nom de la revue change en ‘ACIER |STAHL |STEEL’. Cette revue est de fait le prédécesseur de l’actuelle ‘info-steel’.