‘traditiegetrouw’ naar om de bouwdelen maximaal te prefabriceren in het atelier met het oog op watertransport naar de bouwplaats.” “De beschikbare doorvaarthoogtes en diepgangen op het traject leidden tot prefabricatie van de twee bogen (elk in twee helften van 55 tot 65 ton) en de twee pijlers (elk in één geheel van 25 ton). Alle bouwdelen zijn in één beweging per binnenschip naar de werf vervoerd en op de Materialenkaai geassembleerd, waarna het betonnen brugdek werd gerealiseerd. Vooraleer de volledige constructie over het kanaal geplaatst werd, monteerde Jan De Nul de uitkragende inoxstructuur aan het betonnen brugdek. Hiervoor werd een ingenieuze montagetechniek met een minimum aan zichtbare verbindingen tussen de staal- en betonstructuur uitgewerkt. De centrale gemengde bowstringconstructie is nadien door Jan De Nul op haar plaats geschoven via acht vanop afstand gestuurde platformwagens en twee duwbakken, een erg intensieve operatie. De uitkragende inoxconstructie van het voetgangersgedeelte is in tweede instantie gemonteerd. De volledige constructie van de hoofdoverspanning weegt ruim 1200 ton, waaronder 290 ton staal voor de bogen en de pijlers. Het resultaat mag er echt wel wezen, zeker ook omdat de bogen en de hangers in de vorm van staalplaten wit zijn geschilderd. We zijn erg fier dat we mochten meewerken aan de realisatie van zo’n verfijnde en esthetische constructie, die bovendien volledig ‘made in Belgium’ is!” Sterk staaltje vakmanschap De indrukwekkende uitkragende inox voetgangersstructuur en de talloze inox roosteropeningen in het brugdek zijn eveneens volledig in België gefabriceerd. Er werd ook specifieke aandacht besteed aan de afwerking van de betonoppervlaktes. “Alle zichtbare delen zijn in functie van het visuele aspect volledig uitgekist in ruwe houten planken om een brutalistisch uitzicht te verkrijgen”, zegt Bram Van Renterghem, projectleider bouwkunde bij Jan De Nul. “Het contrast met de complexe gebogen onderzijde van het brugdek en de slanke golvende betonnen randbalken creëert een heel mooi effect. De werfspecifieke bekisting is volledig ontworpen, gefabriceerd én geplaatst door Jan De Nul.” les éléments de construction autant que possible en atelier pour les acheminer ensuite par voie d’eau sur le chantier. » « Les gabarits de navigation et les profondeurs disponibles sur le trajet ont conduit à préfabriquer les deux arcs (chacun en deux moitiés de 55 à 65 tonnes) et les deux piles (chacune en une seule pièce de 25 tonnes). Tous les éléments de construction ont été transportés vers le chantier par barge en un seul mouvement et assemblés sur le Quai des Matériaux, après quoi le tablier en béton a été réalisé. Avant de placer l’ensemble au-dessus du canal, Jan De Nul a assemblé la structure en porteà-faux en acier inoxydable au tablier en béton. Pour cela, une technique d’assemblage ingénieuse avec un minimum de connexions visibles entre les structures en acier et en béton a été imaginée. La structure centrale mixte en bow-string a ensuite été poussée en place par Jan De Nul au moyen de huit camions-plateformes télécommandés et de deux barges, une opération très intense. La structure en inox en porte-à-faux de la section piétonne a été assemblée dans un deuxième temps. L’ensemble de la construction de la travée principale pèse plus de 1200 tonnes, dont 290 tonnes d’acier pour les arcs et les piles. Le résultat en vaut vraiment la peine, d’autant plus que les arcs et les suspentes formées de tôles d’acier sont peints en blanc. Nous sommes très fiers d’avoir pu collaborer à la réalisation d’un ouvrage aussi sophistiqué et esthétique, qui plus est entièrement ‘Made in Belgium’ ! » Un bel échantillon de savoir-faire L’impressionnante structure piétonne en porte-àfaux en acier inoxydable et les nombreux caillebotis en acier inoxydable du tablier du pont ont également été entièrement fabriqués en Belgique. Une attention particulière a également été accordée à la finition des surfaces en béton. « Toutes les parties visibles ont été entièrement coffrées dans des planches de bois brut pour obtenir un look brutaliste », explique Bram Van Renterghem, chef de projet génie civil chez Jan De Nul. « Le contraste avec la partie inférieure complexe et incurvée du tablier et les bords en béton ondulés et élancés crée un très bel effet. Le coffrage spécifique au chantier a été entièrement conçu, fabriqué et installé par Jan De Nul. » 23
RkJQdWJsaXNoZXIy MzE2MDY=